Moestuin

Moestuin nostalgie

Weet er iemand nog wanneer de bramen geoogst worden? ‘t Zal wel ergens in de zomer zijn, want dan liggen ze ook in de winkel. Maar ja, je weet maar nooit of ze ingevlogen zijn uit een warmer land. Staat meestal wel op de verpakking, want plastic zit er ook altijd omheen. Jammer, we staan zo ver van ons voedsel af.

Afgedwaald

En we komen al verder van onze oorsprong te staan.
Met die bramen lukt het nog wel misschien, omdat in dezelfde tijd ook de dauwbramen rijp zijn, die groeien in de duinen en dat is immers van oudsher de vrucht die in het wild wordt verzameld.
Maar bij aardbeien wordt het al wat moeilijker, want die zijn in de supermarkt bijna het hele jaar verkrijgbaar. En wie weet welke groenten de eerste zijn van het nieuwe seizoen? Spinazie, postelein, raapsteeltjes zijn echte voorjaarsprimeurs, terwijl de stevigere groenten zoals rapen, wortelen of kool weer bij uitstek wintergewassen zijn.

Herinneringen

De ouderen onder ons weten dit allemaal nog wel, en voor de volkstuinder met zijn of haar moestuin is dit ook basiskennis.

De eerste tuin

Mijn ouders waren ook moestuiniers. Ik kan me heel vaag herinneren dat ik in de zomer waarin ik twee werd meehielp met het wieden van het wortelenbed. Ik had nog het natuurlijke onderscheidingsvermogen, en mijn kleine vingertjes konden zo goed de mini-grasjes tussen de pietepeuterige wortelplantjes weghalen.
Die vroegste moestuin werd na één, hooguit twee jaar opgedoekt en er werden geiten op dat landje neergezet.

De tuin die stand hield

Later toen ons gezin groter werd is opnieuw een moestuin opgezet.
En het is het beeld van die moestuin dat in mijn geheugen is gegrift. Als ik nu dan ook een groentetuin zie met stokken voor de bonen en bramenhagen en bessenstruiken aan de rand, dan ben ik terug in mijn jeugd. Het zijn zoete herinneringen!
In ons opgroeiende gezin met vijf kinderen ging er flink wat groente doorheen en het inkomen was niet al te ruim.  Om de lasten te verlichten gingen mijn ouders zelf groente kweken.

Eten van eigen erf

De aanleg van de tuin

Op ons erf, achter oma’s perenboomgaard was de plek waar de tuin moest komen. Dat moest omgespit, twee steken diep. Het was slappe veengrond, niet echt vruchtbaar. Maar we woonden in een boerendorp, met veehouders in de buurt. Een van hen bracht een wagen oude stalmest. De kluiten grond werden fijngemaakt, en de mest erdoor gewerkt. We timmerden koude bakken, en zetten dat in de carbolineum om ze weerbestendig te maken. We kochten groentezaden, we waren er klaar voor.

Alle begin is moeilijk

Andijvie en sla werden voorgezaaid, de kleine plantjes werden in de koude bak uitgezet.
Twee dagen later waren ze verbrand, de carbolineum was te vers, te scherp; ach ja, een beginnersfout.

Lekker en gevarieerd

Maar met vallen en opstaan leerden mijn ouders om echt lekkere groente te kweken. Spinazie, van de eerste snee natuurlijk, dat is de lekkerste. Snijbiet, wie kent dat nog tegenwoordig. Een krop sla, vlak voor het eten even uit de tuin gehaald. En vanaf nu kwamen ook de luxere groentesoorten bij ons op tafel: Tuinbonen, natúúrlijk hadden we die ook, jong oogsten voor een vroege delicatesse.

En wat dacht je van peultjes, of verse doperwtjes. Moet je niet de rijtjes bij het zaaien door elkaar halen, want dan zijn de peultjes te stug en de doperwtjes te taai; zoals ik al zei, pa en ma leerden met vallen en opstaan.

Spelenderwijs leren

Telen en verwerken

Wij zagen hoe ons eten groeide, want we werden erbij betrokken, er moest gewied worden. Ik herinner me daar niet zo heel veel van, er zal geen dwang achter hebben gezeten. Met plezier deden mijn ouders al het werk op de tuin. Mijn vader was in zijn nopjes als hij kon zaaien en uitplanten, mijn moeders favoriete bezigheid was oogsten. En ook het verwerken van die oogst. Gelukkig hadden we toen al een vriezer. Maar voor de gein is er ook wel eens geweckt, er was per slot nog de oude weckketel van vroeger.

Tot ver in de winter

We hadden ook fruit in de tuin, of eigenlijk om de tuin: Aan één kant groeide een bramenhaag, de gewone ouderwetse soort met takken vol stekels die een rijke oogst aan zwarte zoete bramen gaf. Aan een andere kant stond een rij bessenstruiken. En om de tuin heen hadden we nog de perenboomgaard. Kilo’s vruchten oogsten we. Lekker om zo te eten, maar nog lekkerder om te verwerken; op onze vliering stond een hele verzameling inmaak: Sap, gelei, jam, met die heerlijke smaak zoals je niet in de winkel vindt!

Rijkdom

Vanuit de povere financiële situatie hadden we het rijker dan waar menigeen van kon dromen!
Niet alleen wat onze groente betrof, maar we leerden er ook van. Hoe groeit het, hoe verwerk je het, en wat voor gerechten maak je ermee. Kennis met een gouden randje.
En daar pluk ik nu letterlijk de vruchten van, want sinds dit jaar is mijn cottage-achtige bloementuintje veranderd in… juist! een moestuin.

Dit bericht zit in:

Tag: fruit, groente, zomer

Categorie: Keukentafel