Pasen

Pasen, een van de grote feesten in het jaar. Voor de Christenen het belangrijkste feest, voor anderen weer een gelegenheid om eens flink uit te pakken met de verschillende maaltijden.
Voor mij betekent het paasfeest eigenlijk geen van beide. Ik besteed doorgaans al vrij veel aandacht aan het eten, ik werk nu eenmaal niet met kant en klaar ingrediënten, maar om nou alles uit de kast te trekken en een zoveel gangen diner op tafel te zetten is me teveel van het goede.
De herinnering aan enkele christelijke vieringen uit mijn jeugd dragen hun steentje er aan bij dat ik Pasen anders vier dan waar ik mee grootgebracht ben. Die herinnering is namelijk nogal donker, een gevoel van opzettelijk kwaad, angstig vooral, en dat terwijl terwijl de dagen langer en lichter werden omdat de zon weer hoger aan de hemel kwam te staan. In mij heeft het altijd enigzins gebotst, de lijdenstijd die de Christenen zo hoog in het vaandel houden tegenover de zichtbare tekenen van de lente.
Voor mij valt het paasfeest in een seizoen waarin je onvoorwaardelijke blijdschap kan tonen. Natuurlijk, de wintertijd is donker en koud geweest, maar dat is typerend voor winter, daar verandert geen mens iets aan. De tijd van licht en warmte die het voorjaar meebrengt is het dan ook meer dan waard om met vreugde te omarmen. Christus’ wederopstanding was voor mij maar een schamele pleister op de wonde, het duistere gevoel dat voordien in mij was gekropen werd daar absoluut niet mee weggewerkt.
Ik vier Pasen dan ook liever als het feest van het Nieuwe Leven waarbij ik onze Aarde als een levend geheel voor ogen heb. Ik denk aan lammetjes in de wei, de frisse lichtgroene sluier die over de bomen hangt, ontluikend groen, prille voorjaarsgroenten en niet te vergeten eieren!

Eieren staan dan ook op het menu bij ons met Pasen. Het ontbijt is eenvoudig met een beetje extra aandacht voor de aankleding: Een matze met een gekookt eitje en een klein tuiltje versgeplukte bloempjes om de tafel op te fleuren.
Voor het avondeten wil ik nog wel eens eieren verstoppen, niet in de tuin maar in het gehakt.

Voor dit paasgehakt maak je je gehakt (H.O.H., rund of kip) lekker aan met wat zout, peper, een uitje en een paar lepels losgeklopt ei, meng er evt. ook een paar handen versgeplukte groene kruiden door. Bekleed een cakevorm met wat plakjes spek, ham of casselerrib. Leg hier een dun laagje van het gehakt op, daarop gepelde hardgekookte eieren, en dek af met de rest van het gehakt. Zet dit ca. 40 tot 50 minuten in een voorverwarmde oven van 180 graden. Giet halverwege het vrijgekomen vocht af. Af laten koelen, in dikke plakken gesneden serveren.
Lekker met aardappeltjes uit de oven en een frisse voorjaarssalade van verse spinazie. Of met doperwtjes.

Als extraatje maakte ik deze keer een chocolade inzaktaart *), dus gegarandeerd “zonder pakjes en zakjes”.  Bij iedereen viel deze taart goed in de smaak, een blijvertje dus. Dankjewel Karin voor het recept!

*) Recept in Karin Luiten’s “Handboek Oven”, maar dan met advocaatroom en paaseitjes

Dit recept zit in:

Type: eieren, vlees