Gestoofde aal

Vanouds werd in Den Ilp ’s zomers op zondagmiddag gestoofde aal gegeten. Het gerecht had een frisse zomerkleur, prachtig lichtblauw. Bij ons stond het bijna nooit op tafel, waarschijnlijk omdat een van mijn ouders er niet dol op was. Maar nog zie ik de aaltjes in de gootsteen van tante Ans kronkelen voordat ze de pan in moesten. Ook bij buurvrouw Jannie werd regelmatig aal gegeten.
Omdat ik al zolang ik me kan heugen iets met recepten heb, vooral traditionele, heb ik lang geleden aan buurvrouw Jannie gevraagd hoe je die alen nou klaar moest maken.
Dit is haar recept, een oudje uit de eerste helft van de vorige eeuw:

Je hebt nodig:
Aal, 1 1/2 kopje azijn, 1 tl zout, peper, nootmuskaat, klont echte boter, paneermeel of beschuitkruim

1. Was de alen, snijd de koppen eraf, en maak een sneetje in de rug, maar niet helemaal door.

2. Doe de alen (heel) in een pan. Water erbij tot hetzelfde niveau als de alen. Dan 1 1/2 kopje azijn erbij en het zout, peper en nootmuskaat, en een klont boter. Doe er ook wat paneermeel of een fijngewreven beschuit door.

3. Nu aan de kook brengen, zodra het kookt meteen laag zetten, om stuk koken te voorkomen. Kooktijd is ongeveer 20 minuten, net zolang als aardappels.

4. Serveer dit gerecht traditioneel met gekookte aardappels en kropsla of bessepent. De pent *) prakte je dan door je aardappels die daardoor mooi roze kleurden. Samen met de blauwgekookte alen een niet alledaagse, maar wel prachtige kleurencombinatie!

*) Pent is Waterlands dialect voor vruchtenmoes.