Mango

De mango (ook wel bekend als mangga) is een tropische steenvrucht, die groeit aan bomen die tot de pruikeboomfamilie horen. Deze familie, die minstens 600 soorten telt, levert meer bomen met eetbare vruchten, waaronder cashew- en pistachenoten. Echter van de soorten die zoet fruit dragen is de mango toch wel de bekendste.

Herkomst en teelt

De mango is al duizenden jaren in cultuur; de herkomst ligt in Zuidoost Azië, vermoedelijk oostelijk India, van waar hij zich wereldwijd over de hele tropengordel heeft verspreid om een van de meest geteelde tropische vruchten te worden.
De mangoboom kan tot 40 meter hoog worden, het wortelstelsel bestaat uit een grote (tot 6 meter diepe) penwortel, met daaraan een weelderig stelsel van kleinere wortels voor voedselvoorziening en stevigheid.
De boom is groenblijvend, met een brede, tot 35 meter ∅ bladerkroon, maar ook meer omhooggerichte relatief slanke kronen komen voor.
De geurige bloesem groeit in trossen van duizenden kleine bloemetjes, die echter niet allemaal tot rijpe mango’s uit zullen groeien. De oogst van een 10- tot 20-jarige boom bestaat uit 200 tot 300 vruchten, oudere bomen gaan steeds beter dragen. Aantallen tot 3000 vruchten per boom zijn geen uitzondering. In sommige jaren draagt de boom beter dan in andere.
Mangobomen blijven bijzonder lang productief, leeftijden van meer dan 100 jaar komen voor.

De vrucht

  • De vorm van de mango is afhankelijk van het ras en kan min of meer rond, ovaalvormig, asymmetrisch of niervormig zijn. In grootte variëren de vruchten van 6 tot 30 cm lang.
  • De leerachtige, oneetbare schil varieert bij rijpe vruchten in kleur van groen tot geel, oranje en donkerrood, en vertoont soms vlekken.
  • Het oranje-gele vruchtvlees is sappig, en bij sommige rassen vezelig. In het midden zit de grote platte pit die vast aan het vruchtvlees zit, en daardoor vaak moeilijk te verwijderen.
  • De smaak is zoet en aromatisch met een zekere toets van terpentijn, dit laatste is afhankelijk van ras en rijpheid. Een te sterke terpentijnsmaak kan je terugdringen door de mango gekoeld (maar niet ijskoud) te serveren.
  • De kwaliteit van de vruchten wordt naast ras en smaak ook beïnvloed door de zorg tijdens vervoer en opslag. Goed gerijpte mango’s smaken zoet en kruidig. Mango’s die bestemd zijn voor de export worden onrijp geplukt, en moeten dus nog narijpen. Dit lukt alleen wanneer de temperatuur tijdens opslag en vervoer niet beneden de 10 graden C. is gekomen. Wanneer de vruchten juist behandeld zijn rijpen ze bij kamertemperatuur goed na. Bruine en zwarte vlekjes op de schil duiden op rijpheid. Grijze vlekken op de schil zijn vaak een indicatie voor te koud behandelde vruchten; de smaak heeft daar onder te lijden gehad en ze zijn dan niet meer geschikt als handfruit, wel kan er nog prima chutney van gemaakt worden.

De rassen

Er zijn honderden verschillende mangorassen, enkele van deze zijn:
Alphonso – niervormige vrucht met sterk gekruide smaak. Het productiegebied bepaalt de kleur, die varieert van groen met rode blossen tot geel met rode vlekken. De in West-Europa verkrijgbare Alphonso’s komen doorgaans uit Zuid-Afrika, Zuidoost-Azië en soms ook uit Florida.
Haden (ook wel Hayden of Heyden) – een van de meest geteelde mangosoorten ter wereld. Min of meer ovaalvormige, grote vruchten, met een kleurcombinatie van groen en rood. De smaak is zoet.
Irwin – min of meer ovaalvormige, oranje-gele vruchten met een rode blos. Het vruchtvlees is vezelvrij, heeft een aangenaam aroma en smaakt mild-zoet.
Kent (of Keith) – vrij grote vruchten met een verhoudingsgewijze kleine pit en een doorgaans prima smaak. De kleur is groen-gelig met een rode blos.
Mulgoba – een wereldwijd belangrijk mangoras, in veel productielanden in grote hoeveelheden aangeplant. Bij rijpheid groen met vage rode vlekken. Zeer zacht en mild vruchtvlees met een volle, kruidige en zoete smaak.
Zill – vezelloze vruchten, zoet van smaak met een krachtig aroma. Kleur en vorm zijn afhankelijk van het productiegebied, Groen-rode, hartvormige Zill’s komen bv. uit Zuid-Afrika, de gele, niervormige uit Kenia.

Voedingswaarde

100 gram mango bevat:
0,10 mg vitamine A, 50 mg vitamine C, sporen uit het B-complex,
190 mg kalium, 12 mg calcium, 12 mg fosfor, 10 mg magnesium, en sporen van ijzer, koper en zink.

Bronnen:
Fruit uit alle windstreken
Wikipedia: Mango (nl)Mango (eng)Lijst van mangorassen (eng)
Center for New Crops and Plant Products
Voedingswaardetabel

 

Dit weetje zit in:

Soort: fruit, steenvruchten, uitheems