Frituren

Frituren is een bereidingstechniek waarbij je voedsel enige tijd onderdompelt in heet vet. Het gebruikte vet kan vast (bv. ossewit) of vloeibaar (bv. arachide-olie) zijn. Door verhitting wordt het uiteraard vloeibaar.

Materiaal en bereidingswijze

De pan waarin gefrituurd wordt mag niet te klein zijn. Hij moet voldoende vet bevatten om het te frituren voedsel helemaal onder te dompelen, waarbij het opborrelende vet onder de rand van de pan moet blijven. Met een schuimspaan schep je het gare voedsel uit de frituur. Er zijn ook speciale pannen (al of niet electrisch) met een bijbehorend frituurmandje te koop om op een gemakkelijke manier het voedsel uit het vet te halen.
Je gefrituurde voedsel laat je eerst uitlekken boven de pan. Voordat je het serveert leg je het even op absorberend papier.

Nooit weglopen bij de pan als je aan het frituren bent. Omdat er veel hitte bij te pas komt kan het misgaan (vlam in de pan); hou daarom altijd een groot deksel bij de hand.

Kwaliteit

Frituren is niet de meest gezonde bereidingswijze, doe het daarom niet te vaak.
Verzadigde vetten (dierlijke vetten, kokosvet) kunnen het beste tegen de sterke verhitting die voor frituren nodig is. Deze oxideren namelijk niet zo snel. Gebruik het vet om te frituren hooguit 2 keer, nog beter is om iedere keer in nieuw vet te frituren.

Wat frituur je zoal?

De meest bekende gefrituurde hapjes zijn snacks, zoals kroketten en bitterballen, kibbeling en loempia’s. Ook aardappelen kunnen goed worden gefrituurd, denk bv. aan patat en chips.
Frituren is niet voorbehouden aan hartige gerechten, ook met zoet zijn er een aantal mogelijkheden. Een goed voorbeeld zijn de oliebollen en appelbeignets die traditioneel op oudejaarsavond op tafel komen.

Soms wordt iets in een frituurbeslag gedoopt voordat het gefrituurd wordt, dit zorgt voor een krokant laagje om het gefrituurde hapje. Hieronder vallen vruchtenbeignets en kibbeling. In het kookschrift vind je recepten voor frituurbeslag.

Wereldwijd

Overal ter wereld zijn er frituurspecialiteiten.
Enkele voorbeelden: In Japan hebben ze tempura, in Indonesiƫ kroepoek. Empanadas zijn Zuid-Amerikaans pakoras komen uit India. En vergeet ook niet de Spaanse churros en de Amerikaanse doughnuts.

 

Dit weetje zit in:

Soort: keukentechniek