Kerntemperatuur
Grote stukken vlees wil je natuurlijk perfect op tafel zetten. Uiteraard is dan de gaarheid van groot belang. Zeker in het geval dat je iets rosé moet opdienen, of nog moeilijker rood. En toch gaar. Handig is dan de vleesthermometer. Je prikt die in het midden van een groot stuk vlees of een braadkip. Dat dingetje meet de temperatuur binnen in het vlees, de kerntemperatuur dus. Wanneer de gewenste punt bereikt is, kan je je vlees uit de oven of braadpan halen.
Weet wat je meet!
Nu heb ik twee thermometers in huis die voor dit doel geschikt zijn. Met de kerstdagen had ik er een uitgeleend. Toen ik een week daarna een kip in de braadpan had dacht ik met de andere thermometer wel toe te kunnen. Dat is een digitale met zo’n handig uitleesvenstertje. Jammer genoeg staat daar alleen de temperatuur, en niet de vleessoort bij vermeld, in tegenstelling tot het oudje wat ik al jaren geleden kreeg van een lief familielied.
Dus welke kerntemperatuur?
De verschillende vleessoorten hebben ieder een hun eigen punt waarop de gaarheid is bereikt. Gevogelte bv. heeft een hogere temperatuur nodig dan rundvlees. Op internet kon ik wel het een en ander vinden maar ik vond die temperaturen aan de lage kant. Mijn thermometer gaf nl. iets andere indicaties.
Dus hier is een handig lijstje met de vleessoorten en bijbehorende temperaturen zoals die op mijn thermometer staan, en die in de praktijk altijd goed uitpakten.
- Rundvlees, rood 60 ° Celsius (140 ° F)
- Rundvlees, rosé 71 ° Celsius (160 ° F)
- Rund, doorbakken 76 ° Celsius (170 ° F)
- Ham – 71 ° Celsius (160 ° F)
- Ander varkensvlees 76 ° Celsius (170 ° F)
- Kalfsvlees 76 ° Celsius (170 ° F)
- Lamsvlees 82 ° Celsius (180 ° F)
- Gevogelte 85 ° Celsius (185 ° F